Misschien is het een soort van liefde op het eerste gezicht.
Misschien valt het onder de categorie geuren waarbij je je meteen super-senang voelt.
Feit is dat de onweerstaanbare, volle, sensuele, zwaarvolle truffelgeur me bij de eerste stap in het restaurant bedwelmt en maar één verlangen wakker maakt: proeven!
Om de vervulling van dit verlangen uit te stellen eerst antipasti misto; sprookjesachtig lekker met de begeleidende balsamico en olijfolie. Als dit een voorspel is voor wat komt, is het veelbelovend.
Mijn tagliolini met room-truffelsaus is eerder een donsdeken van geschaafde truffel op een vogelnestbedje van dunne lintpasta vergezeld door een aanzienlijk bergje verse parmezaansnippers.
‘Io sogno’ danst door mijn hoofd: we zweven hier midden op een goudomrand roze wolkje ergens in de buurt van de zevende hemel. Een geweldige Pinot Grigio en een Montepulciano d’Abruzzo van eenzame hoogte maken het feestje compleet.
Met de gasten aan het buurtafeltje zijn we ondertussen vrienden voor het leven en klinken we bescheiden met een huis-limoncello; eigen aanvoer dus niet industriezoet.
Bijna terug op aarde realiseren we dat de meeste gasten ondertussen vertrekken. Geen reden voor de zeer voorkomende, gastheer (ober klinkt veel te eenvoudig voor hoe deze heer ons verzorgt), na onze herkenning van Totò, op een van de foto’s op de wand, enthousiast uit te wijden over zijn herinneringen aan de grote acteur en toneel- en scenarioschrijver.
Voor zijn collega uit de keuken ook geen enkele reden voor ons een ongeëvenaard goddelijke Zabaione te kloppen.
Ristorante La Cantina is een plekje ergens tussen de sterren waar uitbater Pireci, de keukenbrigade en gastheren weten hoe het moet en dit, duidelijk met veel plezier, gewoon doen.
Van mij krijgen ze een Melkweg vol sterren.